Handschriftonderwijs

Handschrift en schrifteducatie spelen een essentiële rol in het ontwikkelingsproces van leerlingen. Allereerst heeft handschriftonderwijs een intern reflectieve functie. Het schrijven met de hand ondersteunt het opnemen van nieuwe leerstof. Het schrijfproces helpt leerlingen bij het structureren van hun gedachten en het beter onthouden van informatie. Wanneer leerlingen handgeschreven aantekeningen maken, wordt de informatie beter opgeslagen in hun geheugen (Berninger, Abbott, Augsburger & Garcia, 2009). Schrijven zorgt in feite voor een goede ontwikkeling van de hersenen.

Daarnaast heeft schrifteducatie ook een communicatieve functie. Het ontwikkelen van een vloeiend schrijfproces leidt tot betere teksten. Dit geldt zowel voor het schrijven met de hand als voor het typen op een toetsenbord (Van der Meijden & Tesselhof, 2015). Van appjes tot e-mails, tot sollicitatiebrieven. Goed kunnen schrijven is essentieel voor effectieve communicatie. Verder leren kinderen door te schrijven hun gedachten en ideeën op een duidelijke en leesbare manier uit te drukken. Dit is weer goed voor hun communicatieve vaardigheden.

Heb je het over schrifteducatie, dan hoort daar ook (blind)typen bij. Idealiter voorziet een school in cursussen voor de leerlingen zodat ze zich deze vaardigheid eigen kunnen maken.

Een heldere uitleg van het belang van schrijven met een praktische uitwerking, heeft mijn groep gemaakt in het kader van de module 'onderwijsmethodes. Het fragment eindigt op 25:00.

In de praktijk heb ik alle drie de fases voor handschriftontwikkeling meegemaakt. Bij de kleuters heb ik spiraalbloemen getekend om de motoriek te verfijnen. In groep 5 heb ik les gegeven via Klinkers. Bij elke les gaf ik een schrijfaanwijzing over waarop ik ging letten, en dan maakten de kinderen hun werk zelfstandig. Hadden ze het goed gedaan, kregen ze een sticker.

In groep 8 ben ik bezig geweest met het ontwikkelen van een eigen handschrift (voortgezette fase). Het maken van schrijfopdrachten is puur voor het onderhouden van een goed leesbaar schrift. De leerlingen mochten in de lessen aantonen of ze ook netjes konden schrijven in blokschrift. Zo ja, dan mochten ze voortaan in blokschrift schrijven, anders bleven ze bij verbonden schrift. Schrift wordt  op deze leeftijd meer gekoppeld aan identiteit.

Voor mijn eigen handschriftontwikkeling heb ik geregeld pagina's uit 'pak je pen!' gemaakt. Het ging mij zowel om de oefeningen als om het didactische aspect. Een juiste houding aannemen en een goede overgang van een u naar een w (b.v. in vrouw) waren mijn leerpunten. Ik merkte daarbij hoe belangrijk het proces (houding) en de juiste vorm (verbindingen tussen letters) waren voor leesbaarheid en ergonomie. Verder gaat het ook om het geven van het goede voorbeeld. Een leerkracht wordt geacht een net handschrift te hebben.

Ik merkte wel dat het materiaal veel uitmaakt. Verbonden schrijven met een balpen is minder makkelijk dan met een vulpen bijvoorbeeld. Ik pleit er dan ook voor dat leerlingen gewoon echte vulpennen krijgen. Mijn taak als leerkracht is zorgen dat de leerlingen kunnen voldoen aan deze drie aspecten (vorm, materiaal en proces). Dan kunnen ze hun eigen schrift ontwikkelen voor betere communicatieve vaardigheden.

Enkele pagina's uit pak je pen

Bronnen

Berninger, V. W., Abbott, R. D., Augsburger, A., & Garcia, N. (2009). Comparison of pen and keyboard transcription modes in children with and without learning disabilities. Learning Disability Quarterly, 32(3), 123–141. https://doi.org/10.2307/27740364 

Meijden, H. van der, & Tesselhof, M. (2015). Met blind typen beter spellen en stellen op de computer. Levende Talen Tijdschrift, 16(4), 3–15. Geraadpleegd van https://lt-tijdschriften.nl/ojs/index.php/ltt/article/view/1530