Dans en Drama

Bewegen is een belangrijk onderdeel van de ontwikkeling van het kind, het belang daarvan omschrijf ik bij bewegingsonderwjis. Dans en drama bieden een andere manier van bewegen. Het laat leerlingen zich op expressieve wijze uitdrukken, hun creativiteit uiten en zich bewust te worden van hun lichaam en emoties. Dit helpt hen niet alleen om hun eigen gevoelswereld te verkennen, maar ook om empathie te ontwikkelen en zich in te leven in de ervaringen van anderen.

Drama biedt leerlingen de mogelijkheid om in de huid van een personage te kruipen en situaties na te bootsen. Ze leren samen te werken, te improviseren en hun verbeeldingskracht te gebruiken. Dit bevordert hun communicatieve vaardigheden, zelfvertrouwen en vermogen om met verschillende perspectieven om te gaan.

Leerlingen staan vaak enthousiast en nieuwsgierig tegenover het vak dans en drama. Ze ervaren het als een speelse en creatieve manier om zichzelf te uiten en te ontdekken. Ze genieten van de samenwerking en het gezamenlijk creëren van voorstellingen. Het vak biedt hen de mogelijkheid om zichzelf te laten zien en trots te zijn op hun prestaties. Dit merkte ik toen ik met groep 8 ging oefenen voor de musical. De leerlingen waren betrokken, enthousiast en deden levendig mee. 

In mijn lessen maak ik gebruik van het MVB-model (Mentaal, Verbaal, Bewegend). Ik stimuleer leerlingen om mentaal betrokken te zijn bij de inhoud en betekenis. Zodat ze leren reflecteren en interpreteren. Het verbale aspect speelt ook een belangrijke rol: leerlingen kunnen hun gedachten en gevoelens verwoorden en communiceren met anderen. Bewegen staat centraal: leerlingen gebruiken hun lichaam en bewegingen om zich uit te drukken en verhalen te vertellen. In groep 5 zag ik dit heel duidelijk bij de viering. Ze deden een toneelstuk over de Chinese nachtegaal. Een van de leerlingen die normaal stil en verlegen is, speelde de sterren van de hemel. Ze kon zich helemaal kwijt in haar rol en met een grote glimlach zette ze haar rol neer. Voor haar was drama dé manier om expressief te zijn.

Ik moedig leerlingen dan ook aan om zichzelf te zijn en hun creativiteit te verkennen. Ik bied hen de ruimte om te experimenteren, te improviseren en hun eigen stem te vinden. Dit kan ook door drama in te zetten bij andere lessen, zoals toneellezen, of het verbeelden van een gebeurtenis uit het verleden. Dit maakt het zowel een pedagogisch als een didactisch middel om leerlingen vaardigheden te leren. Ik heb het zelf gecombineerd bij een muziekles, door de leerlingen een dans aan te leren op muziek, zodat ze ritme oefenden. Dit maakte het zingen van het liedje makkelijker én leuker.

Tot slot zijn drama en dans belangrijk als cultuurgoed; het zijn kunstuitingen die net zo goed betekenis overbrengen. Het is dus ook nodig dat kinderen leren kijken en reflecteren op uitvoeringen die ze zien, en die ze zelf doen.

Bij de module 'wie ben jij als leerkracht' heb ik met een groep een betekenisvolle dansles ontworpen. Bij de module 'wie ben jij' een dramales en visie.
Mijn visie vertelt onder andere mijn eigen ervaring, maar het wijkt niet bijzonder af van wat ik nu vind van het vak drama.
Hoewel ik in mijn beroepspraktijk mij bezig heb gehouden met drama (bij de vieringen en de musical) en dans (bij het vak muziek), zou ik graag vaker deze vakken geïntegreerd aanbieden. Zowel omdat ze een goede onderbreking zijn in een lesdag, maar ook omdat je zo vaardigheden oefent waar normaal weinig aandacht voor is, zoals vertellen, presenteren, gecoördineerd bewegen en empathie-ontwikkeling.

Een dansende groep 8