Geschiedenis

Geschiedenis is een vak van essentieel belang in het basisonderwijs. Het helpt bij het ontwikkelen van historisch bewustzijn, waardoor kinderen de samenhang kunnen begrijpen tussen de interpretatie van het verleden, het begrijpen van het heden en het perspectief op de toekomst. Het stelt leerlingen in staat om hedendaagse kwesties in een historisch perspectief te plaatsen. Verder draagt hij vak bij aan de inzicht in cultuur, waarden, normen en burgerschapsvorming. Kennis van de geschiedenis is noodzakelijk als je volwaardig wilt functioneren binnen de Nederlandse democratie.
Geschiedenis gaat over mensen en onze ontwikkeling door de tijd heen; zowel de lessen die we hebben geleerd, als de lessen die we zijn vergeten. Geschiedenis geeft een extra dimensie aan onze hedendaagse realiteit en draagt bij aan onze identiteitsvorming.

Het vak geschiedenis is gestructureerd rondom het historisch tijdsbesef. Het gaat over het verloop van tijd, over dingen die zijn veranderd en dingen die relatief hetzelfde zijn gebleven. Als leerkracht heb ik inzicht in deze verschillende tijdservaringen, door middel van de 10 tijdvakken. Zelf vind ik het onhandig dat het er 10 zijn, want het middeleeuwse tijdvak is eigenlijk veel te lang waardoor gebeurtenissen die in dezelfde 'periode' zouden hebben plaatsgevonden, 1000 jaar uit elkaar liggen. Ik heb altijd een interesse gehad in geschiedenis. Het is dan ook mijn favoriete vak om te geven. Ik heb goede kennis van alle periodes, zowel van de gebeurtenissen als de cultuur en tradities uit elke periode. Deze historische kennis is een essentiële voorwaarde voor historisch besef. Om geschiedenis levend te maken is het goed om die te koppelen aan concreet erfgoed zoals monumenten, vieringen en museumbezoeken. Hoewel ik tijdens mijn stages met klassen naar musea ben geweest en deel heb genomen aan vieringen en projecten, waren deze voor mij te weinig historisch georiënteerd.

Mijn lessen geschiedenis heb ik daarom altijd geprobeerd levendig te maken met betekenisvol materiaal. Ik heb leerlingen laten handelen met Romeinse en Germaanse 'goederen'. Ik heb ze laten schatzoeken zoals een archeoloog dat doet, en echte archeologische schatten meegenomen. Ik heb zwaarden, helmen en ander wapentuig aan de klassen laten zien. Elke leerling vond daarna geschiedenis een leuk vak. Doordat ik materiaal meeneem wordt het levendiger. Daardoor is het heel makkelijk om het context te geven en te reflecteren op de verschillen tussen historische verschijnselen of periodes. De leerlingen komen vanzelf met kritische vragen, en gaan beredeneren hoe iets was en wat ze daarvan vinden. Wat ik nog zou willen leren is hoe ik deze traditie van de inzet van materiaal en het organiseren van betekenisvolle activiteiten, voort kan zetten in andere vakken dan geschiedenis. 

Een driedelige lessenreeks die ik heb ontworpen voor groep 5. Het gaat over het leven in de middeleeuwen, van ridders, naar kastelen tot kloosters.